Parkinson is een verzamelnaam van heel veel symptomen die allemaal dezelfde oorzaak hebben: de sprong van dopamine van de ene naar de andere zenuwcel verloopt minder goed. Dit is een soort “verbindingsprobleem”, de dopamine kan de spong van de ene naar de andere neuron niet meer maken, waardoor het “signaal” wordt verstoord.
Dopamine is een neurotransmitter. Dat zijn een soort ‘boodschapperstofjes’ in de hersenen die informatie van de ene naar de andere zenuwcel overbrengen. Een laag dopamine level bemoeilijkt de aansturing van de spieren, wat onder kan leiden tot spierstijfheid, traag bewegen en sterk beven, allemaal symptomen die voorkomen bij Parkinson.
Dopaminerge zenuwcellen (de neuronen die voor transport van dopamine zorgen) bestaan uit een netwerk van langgerekte cellen die met elkaar verbonden zijn vanaf de staart van de ene zenuw naar de kop van de volgende. Verbinding ontstaat door deze sprongetjes van kleine hoeveelheden dopamine van de ene kant naar de volgende kant. Die kleine spleet waar dit sprongetje moet plaatsvinden heet de synaptische spleet.
Er kunnen problemen met dit sprongetje ontstaan. Die problemen kunnen verschillende oorzaken hebben:
- Het kan zijn dat de zenuwcellen zelf te weinig energie hebben om dopamine aan te maken.
- De ruimte aan het einde van de synaps wordt te groot voor het sprongetje.
- Er kan ook te weinig dopamine aangemaakt worden omdat bepaalde grondstoffen ontbreken.
- Of de (glia)cellen om de zenuwcel heen zijn ontstoken waardoor het sprongetje ook niet goed lukt.
- En het kan ook nog eens zijn dat de ontvangende dopaminerge zenuwcel een receptor heeft die niet goed functioneert waardoor er minder dopamine aankomt.
- En tenslotte: mensen met Parkinson zijn vaak “dopaminerg“. Dat betekent dat hun gedrag zorgt voor een hoog verbruik van dopamine. Ze zitten meer in hun hoofd, zijn met de toekomst bezig, plannen, etc. Terwijl serotonerge mensen meer verzorgend zijn, houden van koken, tuinieren, wandelen. Die zitten meer in het hier en nu en in hun lichaam. Dopaminerge mensen hebben daarom een grotere behoefte aan dopamine dan serotonerge mensen.
Maar kort en goed, Parkinson is een verbindingsprobleem tussen de dopaminerge neuronen.
Al deze problemen van te weinig dopamine worden veroorzaakt doordat er ergens in het stofwisselingsproces iets blokkeert. Een combinatie van voedingstoffentekorten, een chronische ontsteking, een probleem met het afvoeren van afvalstoffen. En als dan de aanvoer van dopamine steeds minder wordt maar de vraag hoog blijft raakt vanzelf de voorraad op.
Alle vier deze factoren kunnen voor een groot deel verholpen worden. Hoe eerder hiermee wordt begonnen, hoe hoger het rendement.